We zien ze best vaak langs de waterkant, inde tuin, langs de bosrand, de vinken, zowel de mannetjes als vrouwtjes. Maar wat weten we van de vink, we kennen uiteraard zijn zang en genieten van zijn kleurige verenkleed. Maar waar broedt deze? Denk dat de meeste lezers er geen flauw benul van hebben, dus daar gaat hij.

Nest

De vink maakt zijn nest op verschillende hoogtes, maar haast altijd aan de rand van een bos. Soms in wat hogere struiken, maar meestal toch in bomen. Je zult bijna nooit een dergelijk nest kunnen ontdekken, want het zijn meesters in het camoufleren van hun broedplek. Het nest zit dan ook goed verstopt achter een wat dikkere tak, of achter een dicht bebladerde uitloper. Net als alle vogels kiezen ze een plek, welke niet in het oog springt, een beetje achteraf.

Zang

De zang van de vink kennen we allemaal wel, de beroemde vinkenslag. Heel vroeger werden er zelfs wedstrijden mee gehouden, dan stonden er lange rijen met kooitjes, die geblindeerd waren. De vogels zongen om het territorium te beschermen, een traditie die gelukkig niet meer bestaat, althans in Nederland en dat is maar goed ook. Een vogel hoort niet in een kooi, die hoort gewoon vrij rond te vliegen. De vink zingt vanaf februari tot september, dit om zijn gebied af te bakenen. De zang speelt een belangrijke rol bij vogels, ze lokken er hun vrouwtjes mee, maar ook zijn er waarschuwingsroepen. Zeker tijdens het broedproces wordt er heel wat afgeroepen. Telkens als een ouder bij het nest arriveert, klinkt er een korte toon, zodat de partner weet, dat man of vrouw eraan komt. Geen overbodige luxe, zeker niet als je als vogel een nest hebt in een nestkast.

Voortplanting

De vink broedt van half april tot juli. De broedduur bedraagt 12 tot 15 dagen, daarbij speelt de temperatuur een rol. Hoofdzakelijk broedt het vrouwtje, dat soms door het mannetje gevoerd wordt, vanaf het laatste ei start het echte broeden. Daarvoor worden de eitjes een beetje warm gehouden, maar staat het groeiproces binnen in het ei stil. Het is namelijk de bedoeling, dat alle eitjes zowat tegelijk uit komen. Het lleftijdsverschil zou anders zeker tot slachtoffers leiden, dit doordat de oudste jongen, de jongeren zouden verdringen. Beide vogels verzorgen de jongen, die het nest na 13 – 14 dagen verlaten, waarna ze nog enige tijd gevoerd worden. Meestal zijn er twee legsels per jaar. Bigamie, het hebben van meer partners, komt voor. Het aantal eitjes varieert tussen de 4 en 5, een enkele keer meer, ten hoogste 7 eitjes.

Trek

De vink is een soort die in grote groepen trekt. De trekrichting is west tot zuidwest Europa, Noord-Afrika en het Midden-Oosten, met stuwing aan de kust. Om in Engeland, of Ierland te overwinteren steken ze de Noordzee rechtstreeks over. De najaarstrek is van september tot december. De voorjaarstrek begint in februari en gaat door tot mei. Veel hangt af van de breedtegraad en het weer. De vink is een dagtrekker, en vliegt vooral in de vroege ochtenduren. Sommige vinken zijn standvogels. Hun slag is anders dan bij trekkende soortgenoten en wordt "bogaardzang" of "Vlaamse zang" genoemd. Vooral mannetjes overwinteren vaak in het broedgebied. Dit leverde de vink zijn wetenschappelijke naam op, coelebs is namelijk Latijn voor weduwnaar.

Fringillidae (vinkachtigen)

Naast de gewone vink bestaan er nog andere soorten vinken, we noemen er een paar. De goudvink is een prachtige vogel, met een koninklijke uitstraling. Het is een wat forsere vogel, die je maar zelden te zien krijgt. Zijn zang is ook onopvallend. Een andere forse vink is de appelvink, een vink met een wel heel forse snavel. Met die snavel kan hij zomaar een kracht van 50 kg uitoefenen, dus kan hij de hardste noten kraken. Je vind deze soort onder andere in beukenbossen, ook bij Dongen. Dan zijn er nog de keep, groenling, sijs, putter en nog tal van andere soorten die tot de vinkachtigen horen.

Zang

Het is nu de beste tijd om vogels te leren kennen, ze zingen van vroeg tot laat. Vaak begint het concert met een solist, zo rond een uur of 5 in de ochtend. Merels, zanglijsters, de heggenmus, het zijn vogels die vroeg opstaan. Eigenlijk zou je dan al in het bos moeten zijn, langzaam komt het orkest tot leven. Voor je het weet klinkt er een veelomvattend concert. Als je dan goed oplet, dan kun je misschien de vogels onderscheiden. De meeste soorten hebben de voorkeur voor een hoge plek, met wat uitzicht. Vind je een dergelijke zangpost, dan kun je daaraan een naam ontlenen, je ziet immers de vogel. Een goed vogelboek is wat achterhaald in deze moderne tijd, haast iedereen beschikt over een uitstekende zangherkenner. De telefoon, deze vangt het geluid en met een app kun je zo de naam achterhalen. Een prima app is Merlin, zomaar te downloaden en ook nogeens in het Nederlands in te stellen.

Vogelen

Het lijkt allemaal eenvoudig, maar er zijn enorm veel soorten, waarvan vooral de kleintjes erg veel op elkaar lijken. Maar dat maakt de hobby zo boeiend, het is echt waarnemen. Hoe meer je ermee bezig bent, hoe gemakkelijker het wordt. Op den duur weet je gewoonweg waar een vogel zich thuis voelt. De een zit graag in de struiken, de ander in bomen en andere weer graag tussen het gras. Het voornaamste is, dat u geniet van hun gedrag en hun zang. Ik zeg altijd maar, wie ergens van geniet, die wil het ook beter leren kennen en dat geldt niet alleen voor de vogels.

Natuurman Christ, Natuurvereniging Ken en Geniet