Bij de garageverkoop kan je scoren als je iets bijzonder zoekt. Er zitten best wat pareltjes tussen de oude zooi. Kan je er wel van scheiden? Aan sommige items zit ook een mooi verhaal.

Door Ruth Wilmans

Het bed

Henk en zijn vrouw doen voor de eerst keer mee met de garage verkoop. Er staat veel servies opgestapeld langs de gevel en tegen de garage staat ook nog een bed. “Voor mij mag het allemaal weg”, zegt mevrouw, “want het huis raakt veel te vol. Vroeger vond je het servies prachtig, zoals bijvoorbeeld schaaltjes van Wedgwood. Dat was in de mode en ook best duur. Maar de jeugd vindt het allemaal niet meer mooi, en wat moet je er dan mee doen?” vraagt ze zich af. “Mijn man Henk, heeft wel moeite met het verkopen. Hij kan van het meeste eigenlijk niet scheiden.” Henk wijst op het bed. “In dat bed heb ik jarenlang geslapen. Nu staat het in de logeerkamer. Het is wel erg groot. Dus mijn vrouw wil dat het weg gaat. Ik eigenlijk niet. Ik heb het veertig jaar geleden gekocht, samen met een bijpassend nachtkastje. Dat kastje mag zeker niet weg van mij! Dat is mooi en staat niet zo in de weg.” “Er is een meneer gekomen”, vertelt de vrouw van Henk. “Hij sprak een beetje moeilijk Nederlands. Hij was geïnteresseerd in het bed. Hij is al drie keer terug gekomen. We hebben de prijs maar wat laten zakken.”

De aansteker

James woont net anderhalve maand in ’s Gravenmoer. Deze garageverkoop komt hem goed uit. “Ik verkoop mijn verzameling bijzondere aanstekers, want ik heb nu een andere hobby”, zegt hij grijnzend en doelt daarmee op het grut van anderhalf en drie jaar in huis. De tafel ligt vol met sieraanstekers. Aanstekers in de vorm van vrouwenbenen, in de vorm van een fietspomp en een brandblusser. Ook kunstig gemaakte beeldjes van een cobra en een zeemeermin. “Deze aanstekers mogen nu niet meer in de winkel verkocht worden”, vertelt James, “want dat zou het roken stimuleren. Maar ik heb nog nooit gerookt!” Hij pakt een topstuk van de tafel. Het beeldt een adelaar uit die een krokodil aanvalt. Als je de staart van de krokodil beweegt, spuwt de adelaar vuur naar zijn prooi. Wie weet komt er wel iemand die de hele verzameling graag wil meenemen.

De porseleinen pop

Marian heeft de pop al meer dan dertig jaar. Toen heeft ze hem gekocht en hij was nog best duur. “Ik denk meer dan 100 gulden”, zegt ze. “Dat kocht je niet zomaar. Daar moest ik lang voor sparen. Ik spaarde rijksdaalders tot ik het geld bij elkaar had. De poppen zijn om naar te kijken, het is niet een pop voor kinderen om mee te spelen. Het lijfje, de handen, het hoofd en de beentjes zijn van porselein en dus hard. Ik zette de poppen te pronken op een tafeltje of op de bank.” Marian pakt de poppen op en laat ze zien. De kleren zijn prachtig gemaakt. De ene pop heeft lange haren en een wijdvallende jurk. De andere heeft een slank vallende jurk, bestikt met kant, pofmouwtjes, rozen en pareltjes. “Ze verhuizen op een bepaald moment naar de logeerkamer”, vertelt Marian, “en dan naar zolder. De kinderen vinden het maar niks.” Wie weet komt er een liefhebber langs?

Love

Het is mooi weer en erg gezellig in het dorp. Mensen gaan van plek naar plek. Er zijn veel inwoners die proberen om hun spullen kwijt te raken. Janny verkoopt haar serie boeken van Simone van der Vlucht en haar vriendin Klary verkoopt de Chesterfield stoel van haar vader, die te laag werd voor hem. Er zijn ook mensen die zelfgemaakte of zelf geteelde spullen verkopen. Eelco en Bart verkopen aardbeienplantjes die Eelco zelf kweekte. Bart is net afgestudeerd en is aan het zoeken naar geschikt werk in de meubelmakerij en heeft wel even tijd om zijn vader te helpen. De jongste deelnemer is de negenjarige Sofie. Ze heeft vriendschapsbandjes gemaakt. Dat is een leuk product en ze heeft er al heel wat verkocht!