JavaScript is disabled in your web browser or browser is too old to support JavaScript. Today almost all web pages contain JavaScript, a scripting programming language that runs on visitor's web browser. It makes web pages functional for specific purposes and if disabled for some reason, the content or the functionality of the web page can be limited or unavailable.

‘Dit kwam op ons pad en het heeft goed uitgepakt’

Jan en Bets Scheurwater vijfenzestig jaar getrouwd

Jan en Bets Scheurwater waren zaterdag 22 november vijfenzestig jaar getrouwd. Burgemeester Hans Slagboom ging bij het echtpaar op bezoek met een grote taart. “Ik ben totaal overdonderd”, was de eerste reactie van Jan Scheurwater.

door Lia van Gool / foto’s Johan Wouters (Pix4Profs)

Zestien

Jan Scheurwater is geboren in Hendrik-Ido-Ambacht. De ouders van Jan hadden een kruidenierszaak. Hij heeft die zaak overgenomen. Bets Scheurwater is geboren in Ridderkerk. Zij verhuisde toen zij twee jaar was met haar ouders naar Hendrik-Ido-Ambacht. De vader van Bets was tuinder. Jan en Bets ontmoetten elkaar in de buurt. Bets: “Wij kwamen elkaar tegen toen ik, denk ik, een jaar of twaalf was.” In de buurt hadden mensen allemaal veel kinderen. Jan was met de jongens uit de buurt bevriend. “Wij hebben elkaar buiten leren kennen eigenlijk. Zo gebeurde dat vroeger.” Toen er ‘echt’ iets ontstond tussen Jan en Bets, was Bets een jaar of zestien en Jan achttien.

Postagentschap

Jan werkte na zijn schooltijd bij zijn vader in de kruidenierszaak. Bets werkte tot hun trouwen op kantoor bij de Schokindustrie in Zwijndrecht. Daarna hielp zij mee in de kruidenierswinkel. “Al snel daarna hebben we de zaak van mijn vader overgenomen”, vertelt Jan. “Toen er in de nieuwbouw een pand te huur kwam, zijn we daar een drogisterij inclusief een postagentschap begonnen en hebben we de kruidenierszaak afgestoten.” Toen Jan 63 was, hebben hij en Bets de drogisterij na 27 jaar verkocht. Zij zijn in het Brabantse Putte gaan wonen. Toen het fysiek allemaal wat minder werd, kwamen zij ruim vier jaar geleden in Dongen wonen. Sinds twee jaar heeft Bets voor buiten een rollator nodig. Zij heeft neuropathie in haar voeten en loopt daardoor enigszins onstabiel. Jan en Bets hebben één zoon, die met zijn gezin al ruim achttien jaar in Dongen woont.

Vijvertje

“Wij woonden prachtig in Putte”, vertellen Jan en Bets. “Onze zoon Wilco zei op een gegeven moment tegen ons: ‘Waarom komen jullie niet in Dongen wonen?’” Jan en Bets wonen in een appartement aan de Bolkensteeg. In eerste instantie wilde Jan niet in een appartement met balkon wonen. “Wij hadden in Putte een hele grote tuin, met een vijvertje en een bruggetje. Ik had dat allemaal zelf aangelegd. Daarom wilde ik niet naar een appartement. Maar dit kwam op ons pad en het heeft goed uitgepakt. Wij hebben nog een tuintje en ik help nog mee in de tuin van Wilco.” Het paar heeft leuke contacten met de buren. “Onze buurvrouw is pas negentig jaar geworden”, zegt Bets. “Ik bak om de veertien dagen pannenkoeken en dan geef ik er een paar aan de buurvrouw. Ook ga ik elke maand met vier buurvrouwen koffiedrinken. Dat is heel gezellig.”

Wedstrijd

Als kind hielp Jan al mee in de zaak van zijn vader. In oorlogstijd was alles op de bon. “Al die bonnetjes moesten op grote vellen geplakt worden. Daarvoor maakten wij plaksel van stijfsel, omdat er toen geen andere lijm was. Dat weet ik nog goed.” Als jonge jongen deed Jan mee aan een etalagewedstrijd. “Ik heb de etalage, met thema ’45-’50, gemaakt in de kruidenierszaak van mijn vader. Ik won die wedstrijd. De prijs was honderd gulden. Omdat ik te jong was, mocht ik dat geld niet zelf gaan halen. Mijn vader deed dat.”

Jan vertelt met een grote lach op zijn gezicht dat het café op een gegeven moment vol was met ondernemers, waaronder zijn vader. “Van die honderd gulden was niet veel meer over, mijn vader had dat geld besteed aan drankjes. Gelukkig heb ik het geld later wel gekregen.”

Vervolgens haalt Jan herinneringen op aan de watersnoodramp. “Ik ben bij de dijk gaan kijken. Ik hoorde mensen zeggen: ‘Dat gaat fout, de dijk gaat breken.’” Dat gebeurde gelukkig niet. Op een gegeven moment werd er gezegd: “Krijg nou niks, het water gaat zakken”, herinnert Jan zich. “Wij hebben geluk gehad. Maar ik kreeg toen ik thuiskwam wel een standje van mijn vader.”

Tellen

“Toen wij de parfumeriezaak hadden, was er ook een postagentschap van de PTT bij”, vertelt Bets. “De mensen kwamen toen geld halen met cheques. En ’s morgens stonden de mensen te wachten tot de zaak open ging.”

Bets was goed in hoofdrekenen. “Vroeger moesten de boodschappen klaargemaakt worden in de kruidenierszaak. Alles werd opgeschreven in boekjes. Wat in die boekjes stond, moest opgeteld worden. Dat deed ik allemaal uit mijn hoofd.”

Jaren later, toen de computers kwamen, moest Bets het werken met een computer ook onder de knie krijgen. “Met onze lokettiste heb ik een training gedaan bij de PTT. Ik werd toen beëdigd ambtenaar. In het programma dat wij toen gebruikten, moest alles kloppen.”

In die tijd hebben Jan en Bets heel veel strippenkaarten verkocht. Er kwam een geldwagen voor de deur. De bestuurder ging het geld voor de zaak halen met een zogenaamde plofkoffer. “Die moest snel opengemaakt worden, anders ging het mis.”

Zoon Wilco wilde de zaak niet overnemen van zijn ouders. “Ik heb wel vakantiewerk gedaan en ik werk nu in de accountancy.” Wilco kon net zo goed tellen als zijn moeder, klinkt het door de kamer.

Altijd alles samen

Tot slot de vraag hoe je het vijfenzestig jaar lang met elkaar volhoudt. “Wij hebben altijd alles samen gedaan”, zegt Bets. “Dat ging goed. Toen wij verhuisd zijn naar Putte, hebben wij daar samen veel gewandeld en gefietst. Maar wij hadden allebei een beetje onze eigen bezigheden.”

Zo was Jan veel buiten bezig in de tuin (met kerst leek de tuin wel op Intratuin) en hielp hij andere mensen. Bets schilderde en nam ook aquarellessen. Een paar schilderijen van Bets hangen in de woonkamer. “Ik heb nog hele stapels schilderijen liggen”, lacht zij.

Vereerd

Het bezoek van burgemeester Hans Slagboom is bijna voorbij. “Ik ben vereerd”, zegt Jan als het kleine gezelschap vertrekt. Bets vult aan: “Fijn dat jullie er waren, het was erg leuk.”

De rest van de dag doen Jan en Bets het rustig aan, want diezelfde dag wordt het feest ter gelegenheid van hun vijfenzestigjarig huwelijk gevierd. “Wij hebben vanavond feest bij onze zoon thuis. Het huis is al omgebouwd tot een feestlocatie. Er komen zo’n tweeëndertig mensen.”